zondag 6 mei 2012

Vissers en vissersvrouwen konden schrijven, alfabetisme in Middelharnis

Veel ouders waren in de negentiende eeuw van mening dat de vaardigheid om te lezen en te schrijven hun kinderen verder zou helpen  in de maatschappij. Kinderen gingen als regel naar de lagere school , al was er op het platteland in de zomer veel verzuim.
Aan de hand van de gegevens uit de Historische Steekproef Nederlandse bevolking heeft Onno Boonstra de mate van analfabetisme per gemeente vastgesteld. Iemand wordt als analfabeet beschouwd als hij niet in staat is om een handtekening te zetten onder een aangifte voor de burgelijke stand. De handtekening is een goede maat om alfabeten van analfabeten te scheiden. Het zetten van een handtekening is een vorm van schrijven, en in de negentiende eeuw werd op school pas schrijven geleerd nadat de leerlingen hadden leren lezen. Iemand die kan schrijven kan ook lezen en is dus alfabeet, aldus Boonstra.



Percentage analfabete mannen per gemeente, geboren tussen 1800 en 1825
figuur 2 uit artikel van Boonstra p. 143


In de gemeenten die als een donkere vlek zijn afgebeeld kwamen in de 19e eeuw de meeste analfabeten onder de mannelijke bevolking voor.
lichtgrijs = minder dan 10% analfabeten
middengrijs = 10-20%
donkergrijs= 20-30%
zwart = meer dan 30% analfabeten

Het donkere vlekje middden boven is Stad aan 't Haringvliet. De lichte vlek links daarvan is Middelharnis. Vroeg in de 19e eeuw was hier al minder dan 10% analfbetisme onder de mannelijke bevolking.
Analfabetisme was het hoogste onder ongeschoolde en laaggeschoolde arbeiders en onder vrouwen. In de loop van de negentiende eeuw vervaagde het verschil tussen de klassen en tussen de sexen, aan het eind van de eeuw was het analfabetisme vrijwel verdwenen.

In de akten van geboorte, sterfte en huwelijk wordt sporadisch vermeld dat iemand geen handtekening kan zetten omdat hij of zij niet geleerd heeft te schrijven. Het betreft dan vrijwel altijd iemand die van beroep arbeider is. Vissers behoorden ook in dit opzicht tot een andere sociale klasse dan de landarbeiders.

De vissers, hun bruiden en de vaders en moeders zetten vanaf het begin van de negentiende eeuw meestal een keurige handtekening.
Hieronder een afbeelding van de eerste huwelijkakte uit de Burgerlijke Stand van Middelharnis. Huwelijk tussen Machiel van de Rovaart, visser, 24 jaar en Adriana Verhagen 24 jaar. Zij hebben allebei hun handtekening gezet. De vader van Machiel is visser Jacob van de Rovaart, zijn moeder heet Adriana Verhagen. De vader van de bruid is Wouter Verhagen, visser. De moeder van de bruid, Adriana Wafelbakker is al overleden ten tijde van het huwelijk.
Van de ouders ontbreken de handtekeningen.

De getuigen:
Jan Buurveld, 44 jaar, visser,met handtekening
Beschier Gijzen, 37 jaar, visser, met handtekening
Adrianus van de Rovaart, 38 jaar, visser, met handtekening
Joost van de Rovaart, 29 jaar, visser, geen handtekening





Eerste huwelijksakte uit de Burgerlijke Stand van Middelharnis
20 februari 1812


Gegevens ontleend aan:
Boonstra, Onno. Functioneel analfabetisme in Nederland 1775-1900. In: Maas, Ineke, Marco H.D. van Leeuwen en Kees Mandemakers (red.). Honderdvijftig jaar levenslopen; De Historische Steekproef Nederlandse bevolking.  Amsterdam, 2008.  pp. 127-146