maandag 31 maart 2014

De stuurmannen en ventjagers van Middelharnis in 1809 en 1810

Tussen oktober 1809 en november 1810 hebben de stuurlieden van de visschuiten en de ventjagers een eed afgelegd aan het dorpsbestuur van Middelharnis.  De eed was een uitvloeisel van een nieuwe belasting op het zout van februari 1809. Vissers en handelaren in vis waren vrijgesteld van deze impost. Ze moesten dan wel beloven dat ze het ruwe zout niet voor verkeerde doeleinden zouden gebruiken.
De vissers van Middelharnis brachten overwegend verse vis aan land, alleen vissen die het transport niet overleefden werden ingezouten.





Uit: Notificaties, Publicaties, enz. van den Secretaris van
Staat der Bataafsche Republiek, van den Koning van Holland,
Keizerlijke Decreten, enz 2 Jan. 1806-14 Nov. 1810
, Volume 5.
Google books


Dankzij dit reglement en de bijbehorende eed weten we de namen van de stuurlieden en ventjagers in 1809 en 1810. In het resolutieboek van het dorpsbestuur werd opgetekend wie de eed had afgelegd (1).

34 stuurlieden:
Willem de Bloeme
Abram Bree
Jacob Bree
Johannis Bree
Jan Cornelisz Buurveld
Leendert Buurveld
Pieter Groen
Dimmes Berkhof
Gerrit van Heest
Wouter van Heest
Jacob Kanse
Roeland Koning
Bastiaan Langbroek
Cornelis Langbroek
Jeroen Langbroek
Hendrik Leensze
Klaas van den Nieuwendijk
Aren Jansz Pas
Jeroen van de Rovaard
Machiel van de Rovaard
Cornelis Sloot
Cornelis Smit
Aren Stapel
Simon Stapel
Adrianus Verhage
Willem van der Meulen (Vermeulen)
Pieter Visser
Hendrik Vogelaar
Aren Janse de Waard
Jan de Waard
Tomas de Waard
Aren Wafelbakker
Job Wafelbakker
Aren Cornelisz Witvliet

1 Vervoerder:

Cornelis Nipius

16 Ventjagers:

Van Antwerpen:
Jan Adriaanse
Pieter Adriaanse
Jean Baptiste Adriaansze
Pieter Claassens
Hendrikus Geerlings
Corn
elis Lamotte
Jan Sibick (de Jonge)
Frans Struijck
Cornelis van Vrede
Johannis Zoutman

Van Klein Willebroek:
Jan Izenbart

Van Teemst (Temse ):
Judocus Wouters
Guide Parels

Van Rupelmonde:
Johannis Verheij

Van Arnemuiden:
Daniël van Belsen
Joost van Belsen


1 Foridor of Stooter 
Gerrit Lammers




1. Archief Gemeente Middelharnis. Resolutieboek, inv. nr. 13 en 14.

dinsdag 25 maart 2014

De schuiten van Middelharnis 1808-1811

Een mooie bron voor de maritieme geschiedenis zijn de transportakten van schepen en schuiten die voor Middelharnis tot en met 1811 beschikbaar zijn. 
In de Franse tijd is het aantal gaffelschuiten teruggelopen van 32 in 1795 naar 16 in 1813. Uit de transportakten krijgen we een indruk van de resterende vloot.
Naast gaffelschuiten werden ook bezaanschuiten en schokkers voor de visserij gebruikt. Voor transport van goederen waren er de damschuiten en de marktponen. De veerdienst op Rotterdam werd door een paviljoenschuit onderhouden.

Hierbij een overzicht van de transacties in 1808, 1809, 1810 en 1811.

Gaffelvischschuiten:
Cornelus en Jacobus, gevoerd geweest door Florus van Eck, verkocht 20 juni, koper uit Kralingen (1808/1)

Verhandelde porties:

Cornelia Elizabeth, gevoerd bij wijlen Jacob Kanse, 1/16 portie verkocht (1811/1)
Het Haas, gevoerd door Gerrit Bree, 1/32 verkocht (1811/4)
De Hoop,gevoerd door Jeroen Langbroek, 1/32 verkocht (1811/6)
Jacob Johannes, gevoerd door Adrianus Verhage, 1/16 portie (1810/16) en 1/4 portie verkocht (1810/12)
Jonge Arentje, gevoerd door Maarten Leeflang, 1/16 portie  (1810/4) 1/32 (1810/5), 1/32 (1810/6), 1/16 (1810/15)
Jonge Arentje, gevoerd door Machiel van de Rovaard, 1/16 portie verkocht (1811/3) en 1/16 portie (1810/12)
Jonge Cornelia, gevoerd door Willem Leeflang, 1/16 portie verkocht (1810/4)
Jonge Cornelis, gevoerd door Jacob Bree, 1/16 portie (1810/12), 1/32 (1810/13), 1/32 (1810/16), 1/32 (1810/12)
Jonge Jannetje (van den Tol), gevoerd door Tomas de Waard, 1/16 portie (1809/9), 1/16 (1810/4), 1/16 (1810/14), 1/32 (1810/12)
Jonge Jacob, gevoerd door Leendert Buurveld, 1/16 verkocht (1810/12)
Jonge Neeltje, gevoerd door Willem Vermeulen, 1/16 portie verkocht (1810/14) en 3/32 portie (1810/12)
Jonge Pieter, Meijer Veerman, gevoerd door Jan de Waard, 1/16 portie verkocht (1810/1)
Martha en Maria,gevoerd door Simon Stapel, 1/64 portie verkocht (1810/11)
Trijntje en Neeltje, gevoerd door Jan Cornelis Buurveld, 1/16 en 1/64 portie verkocht (1809/7 en 8)
Vrouwe Jacoba Geertruida, gevoerd door Cornelis Sloot, 1/32 en 1/9 deel van 1/32 verkocht (1808/2, 3)
Wilhelmina, gevoerd door Jacob van de Rovaard, 1/32 portie verkocht (1811/2)
Willem Hendrik, gevoerd door Aren Janse de Waard, 1/16 portie (1810/2), 1/32 (1810/13)

Bezaanbunschuiten
Jonge Johannes, gevoerd door Cornelis Onderdelinden,1/16 portie verkocht door Cornelis Timmerman uit Oudenbosch (1811/9)
Een romp, op stapel bij de werf van Adrianus van der Staal (1810/9)

Tuiten of Schokkers (Schokkervischschuiten)
Leonardus Eliza, gevoerd door Pieter Bogaardman, verkocht (1808/6)
zonder naam, gevoerd door Maarten Abeele, verkocht (1809/11)
zonder naam, liggende in de Kaai, gevoerd door Maarten Abeele, verkocht door W. Klaassen uit Urk (1811/13)
Drie Gebroeders, gevoerd door Leendert Buurveld, verkocht (1810/7)
Jonge Pieter, gevoerd door Gerrit Onderdelinden, 1/8 portie verkocht (1811/5)
Dinteloord (1811/12)

Damschuiten:
1808/4, 1808/5 (Jonge Neeltje), 1809/10, 1810/8, 1810/10, 1811/11

Hengsten
1810/3 Stellendam

Marktponen
Van Nipius, verkocht (1811/7)
Middelharnis Welvaren, 1/16 portie verkocht (1811/8) van Johannes Slis aan zijn zoon Jacob Slis.

Paviljoenschuit:
De Dankbaarheid, gevoerd door Gabriël de Jonge, gebruikt voor veerdienst op de stad Rotterdam, verkocht aan Dirk de Jonge (broer van Gabriël) voor fl. 1200,- (1811/10)



Bron:
Rechterlijk Archief Middelharnis, inv. nr. 19. 
Transportakten van schepen en schuiten gepasseerd voor schout en schepenen, 1808-1811

donderdag 13 maart 2014

Frans de Moeij (1764-1828) en Adriaantje Gouwman (1765-1812)

Ouders
Frans de Moeij is een zoon van Frans de Moeij en Neeltje Dominé. Zie bericht van 12 maart 2014.  Hij is gedoopt op 8 februari 1764.  Toen hij anderhalf jaar oud was is zijn vader overleden, waarna zijn moeder in 1766 hertrouwd is met Corstiaan de Groot.
Adriaantje Gouwman is een dochter van Jan Aries Gouwman (gedoopt Sommelsdijk 18 november 1731)  en Jannetje Kalle. Ze is op 20 mei 1765 in Middelharnis gedoopt

Huwelijk en kinderen
Frans en Adriaantje zijn op 20 april 1788 getrouwd in Middelharnis. Ze waren 24 en 22 jaar oud. Frans was visser van beroep. Later, in 1826, wordt hij vermeld als viskoper.
Dochter Jannetje is in 1793 geboren. In 1794 werd zoon Frans geboren en daarna volgden drie dochters: Francina is op 7 februari 1799 gedoopt, Jasperina is op 2 juli 1800 geboren en Suzanna op 30 juni 1801 

Frans hertrouwd in 1814
Adriaantje is op 27 mei 1812 overleden.  Ze was 47  jaar oud. De oudste dochter was toen achttien en de jongste elf jaar.  
Frans de Moeij is op 21 juni 1814 hertrouwd met Dirkje van der Ham (1768-1837) dochter van Simon van der Ham en Adriana Beun. Zij was de weduwe van Jan Troost en ze had een dochter Annetje Troost die in 1794 geboren is.

De kinderen
Jannetje de Moeij (1793-1877) kreeg in op 8 april 1819 in Middelharnis een zoon die ze Aalbert noemde. Ze werd dienstbode (dienstmaagd) in Leeuwarden en trouwde hier op 9 mei 1824  met bakkersknecht Rempt Jurjens van der Swaag. Frans de Moeij kon niet bij het huwelijk aanwezig zijn. Hij gaf via de notaris in Middelharnis zijn toestemming.


Toestemming van Frans de Moeij  bij het huwelijk van Jannetje
Leeuwarden, 9 mei 1824, huwelijkakte 33

Aalbert werd bij het huwelijk door Rempt erkend. De andere kinderen van Jannetje en Rempt heetten Antje Adriaantje, Jurjen, Neeltje en Frans van der Zwaag. Jannnetje de Moeij (Jansje de Moey)  is in 1877 in Leeuwarden overleden.

Frans de Moeij (1794-1870) werd visser. Hij bleef lang ongehuwd. Op 24 december 1848 is hij op 54-jarige leeftijd  getrouwd met de 66-jarige Cornelia Muijen, weduwe van Dirk van Eck.

Francina (1799-1865) was ongehuwd . Ze kreeg op 18 juli 1825 een zoon, Simon de Moeij. Zie bericht van 5 februari 2012. Mogelijk woonde Frans lange tijd bij haar en Simon in. Francina was dienstbode.

Jasperina de Moeij (1800-1859) ook als Moey en Moei geschreven,  trouwde op 2 februari 1826 in Opsterland (Friesland) met Jan Aukes Meyer, een schippersknecht. Ze had geen beroep en woonde in Middelharnis ten tijde van het huwelijk. Frans kon niet bij het huwelijk zijn, hij gaf via de notaris in Middelharnis zijn toestemming. Jasperina en Jan kregen acht kinderen: Auke, Frans, Harmen, Adriaantje, Hendrikus, Gaitske, Suzanna en Gerard. Jasperina is op 19 mei 1859 in Opsterland overleden.

Suzanna de Moeij (1801-1840) trouwde op 8 juni 1834  in  Nieuwe-Tonge met Leendert Slinger. Suzanna was naaister en woonde in Nieuwe-Tonge, Leendert was militair bij de 17e afdeling van de Nationale Militie en ten tijde van het huwelijk met onbepaald verlof.  Ze kregen in 1835 een dochtertje Adriaantje dat maar enkele maanden oud geworden is. Leendert Slinger is in 1837 overleden, 30 jaar oud. Ten tijde van zijn overlijden was hij arbeider. Susanna (de Mooij) werd weer naaister. Ze is op 26 december 1840 in Nieuwe-Tonge overleden, 39 jaar oud.


Gegevens afkomstig van:
Janneke de Moei en Charles de Moei. Van Der Moeije tot De Moei, de zeer onvolledige geschiedenis van een aardige familie. Middelharnis, 1991.
Kwartierstaat Herman Meijer

woensdag 12 maart 2014

Frans de Moeij (1738-1765) en Neeltje Dominė (1736-1788)

Ouders
Frans de Moeij is een zoon van Frans Cornelissen de Moeij (gedoopt 16 januari 1701) en Petronella Korstiaans de Groot. Hij is op 4 april 1738 in Middelharnis gedoopt.
Neeltje Dominé is een dochter van Matthijs Dominé en Maatje Bastiaans van Eck. Ze is op 28 november 1736 in Middelharnis gedoopt.

Huwelijk en kinderen
Frans Fransz de Moeij en Neeltje Matthijsd Dominé zijn op 26 juni 1763 getrouwd. Ze waren 25 en 26 jaar oud.
Op 8 februari 1764 is zoon Frans geboren en op 25 december 1765 dochter Francina.

Weduwe Neeltje Dominé
Frans is al voor de geboorte van Francina overleden, namelijk op 16 september 1765. Hij was 27 jaar. Het is niet bekend waaraan hij gestorven is. 
Korte tijd na de dood van Frans kreeg Neeltje toestemming van het dorpsbestuur om koffie en thee te verkopen. Zo kon ze in het levensonderhoud van haar gezin voorzien. 



Op 16 november 1766 is Neeltje hertrouwd met Corstiaan de Groot (een familielid van de moeder van Frans waarschijnlijk). Op 21 mei 1769 werd hun zoon Laurens de Groot geboren.
Neeltje Dominé is in oktober 1788 overleden, ze was bijna 52 jaar oud. Frans was toen 24 jaar en Francina bijna 23 jaar.

Na het overlijden van Neeltje verschenen Corstiaan de Groot en Frans de Moeij voor de weeskamer om een uitkoopakte op te laten maken. Dit gebeurde op 30 januari 1789.



Frans en Francina
- Frans de Moeij (1764-1828) trouwde op 20 april 1788 met Adriaantje Gouwmans (1765-1812). Zij kregen vijf kinderen waaronder Frans de Moeij (1794-1870) en betovergrootmoeder Francina de Moeij (1799-1865), zie bericht van 5 februari 2012
- Francina de Moeij (1765-1848) is ca. 1793 getrouwd met Adrianus Viskil. Zie bericht van 11 mei 2013.



Gegevens afkomstig van:
Janneke de Moei en Charles de Moei. Van Der Moeije tot De Moei, de zeer onvolledige geschiedenis van een aardige familie. Middelharnis, 1991.
Kwartierstaat Herman Meijer


zondag 2 maart 2014

Cornelis Pas (1763-1809) en Adriana van den Tol (1765-1842)

Ouders
Cornelis Hendriksz Pas is een zoon van Hendrik Pas en Pleuntje Abeele. Hij is op 30 september 1763 gedoopt in Middelharnis. 
Adriana van den Tol is op 1 september 1765 in Middelharnis gedoopt. Ze is een dochter van Jacob van den Tol en Neeltje Arensdr Hoogezin.

Huwelijk en kinderen
Op 5 april 1789 zijn Cornelis en Adriana getrouwd. Er zijn geen kinderen bekend uit dit huwelijk.

Cornelis Hendriksz Pas omgekomen
Cornelis is op 29 april 1809 voor het havenhoofd van Middelharnis verdronken. Hij was 46 jaar.


Nabestaanden
Adriana was 43 jaar toen ze weduwe werd. Er was geen testament opgemaakt; op 26 september 1809 is de boedel geïnventariseerd. Adriana had recht op de helft en de vier zussen van Cornelis (Anna, Willemtje, Jannetje en Claartje) hadden recht op de andere helft. Claartje was overleden, haar beide dochters, Johanna en Hendrikje Springvloed, kregen elk een achtste deel. De waarde van de bezittingen inclusief kleding en beddengoed was ongeveer fl. 235. Ze hadden een bijbel met koperbeslag, drie kerkboekjes en vier boeken in huis. Cornelis en Adriana bezaten geen eigen huis. 

Adriana is op 26 maart 1810 hertrouwd met Hendrik Jansz Pas (1777-1841) zoon van Jan Arensz Pas (1734-1812) en Teuntje Jansd Pas (1737-1808). 

Bron: Rechterlijk Archief Middelharnis, Inv. 81.

zaterdag 1 maart 2014

Hendrik Witvliet (1743-1774) en Cornelia Krijtenberg (1744- )

Ouders
Hendrik Arens Witvliet is een zoon van Arend Cornelis Witvliet en Lena Andriesse Vervoren. Hij is op 24 maart 1743 gedoopt in Middelharnis. Hendrik was de jongste van twaalf kinderen (1).
Cornelia Michiels Krijtenberg is een dochter van Michiel Lauris Krijtenberg (Crijtenburg) en Jacoba Corn. Ze is op 17 mei 1744 in Middelharnis gedoopt.

Huwelijk en kinderen
Hendrik en Cornelia zijn op 21 juni 1767 in Middelharnis getrouwd, ze waren 24 en 23 jaar oud. Op 1 november 1767 werd Lena geboren en op 6 oktober 1772 de tweeling Jakoba (Koba) en Arend.

De ramp met de gaffelschuit van Klaas Don in 1774, Hendik omgekomen.
Op 21 februari 1774 is de gaffelschuit van Klaas Don met de volledige bemanning vergaan. Hendrik Witvliet was een van de bemanningsleden. Hij was bijna 31 jaar ten tijde van de ramp.

Nabestaanden
Cornelia was 29 jaar toen ze weduwe werd en met drie kinderen achterbleef. Lena was zes jaar en de tweeling was anderhalf.
Elf jaar na de ramp, op 25 februari 1785, ging Cornelia Krijtenberg in ondertrouw met haar tweede man, Jan Leendertsz Smit, weduwnaar van Sara Pieterse Bolland. Het huwelijk vond op 13 maart 1785 plaats. 
In verband met het voorgenomen huwelijk heeft Cornelia zich op 25 februari 1785 tot de Weeskamer gericht om een zg. uitkoopacte op te laten maken, waarmee de nalatenschap van Hendrik en de voogdij over de kinderen werden geregeld.
Den 25e Februari 1785 voornt; compareerden in het Collegie van Schout en Scheepenen in qualiteijt als Weesmeesteren van Middelharnis Cornelia Krijtenberg, weduwe van Hendrik Arentz Witvliet, woonende alhier; Item Cornelis Arentz Witvliet en Cornelis Gerritsz Breur, als in huwelijk hebbende Lena Arentze Witvliet, beijde alhier woonagtig, voor zig zelf en als vervangende, zig sterkmaekende en de rato caveerende voor Marijtje Arentze Witvliet, weduwe van Jan van der Molen en Maatje Arentze Witvliet, weduwe van Jan Wittekoek, wonende beijde ingelijks alhier, alsmeede voor Aren Arentz Witvliet, woonende in Stellendam en de minderjarigen Johannis van Noord, nagelaete zoon van Arentje Arentze Witvliet, woonagtig in Stad aan het Haringvliet; Te kennen geevende zij Compten, dat des Eerste Comparantes voorn: man op den 21e Februarij 1774 met eene der visschuijten van deeze plaets op zee is koomen te verongelukken alsoo te overlijden, zonder testament te hebben gemaekt, nalaetende drie kinderen, bij hem aan haar verwekt, met naeme Lena oud ruijm veertien jaeren, Aren en Jacoba, beijde - oud ruijm twaalf jaeren welke drie kinderen de Eerste Comparante zeederd gem: haer mans aflijvigheijd heeft gealimenteerd en onderhouden. Dan dat zij Comparante met de verdere Compten als zijnde met en beneevens de door hun in deezen gepresenteerd worden persoonen, de naeste vrienden van ’s vaders zijde van voorz: minderjaerigen, deezer dagen te nade waeren geworden, weegens derzelver vaders bewijs, te doen een convenabele uijtkoop; Ende verklaarden derhalven de eerste Comparante ter Eenre en de twee andere Compten, zoo in privé als voorz qualiteijten, ter andere zijde (na alvoorens volkoome openinge van den sooberen staat des boedels, zoo thans als op het voorn: overlijden in den jaere 1774 door de eerste Comparante bezeeten gehad te hebben) met van den anderen te zijn geaccordeerd en verdragen in manieren alsvolgt: Dat de Eerste Compte (zoo als zij beloofd en aanneemt bij deezen) gem: haere drie kinderen verder zal alimenteeren, grootmaeken en van de nodige Lijfsbehoeften voorzien, in ziekte en gezondheijd, alseede laten leeren leezen en schrijven, ook een goed handwerk of andere eerlijke exercitie tot haere kostwinning dienstig en dat geduurende tot derzelver kinderen mondigen dage, eerder huwelijken, of andren bekwaamen Staate, of ook wel tot het eerder afsterven van de ’s Compte of van dezelve kinderen toe, em alsdan en daerenbooven aan ieder van hen (of bij overlijden aen haere naaste vrienden van ’s vaeders zijde) uijt te keeren en voldoen iens een Dertien d’halve Stuiver, en dat alles in plaatse en ter volle voldoeninge van der meergen: kinderen vaders bewijs of Erfportie, Dat daerenteegen de eerste Compte sal blijven behouden en bezitten in vollen vrijen eijgendom den geheelen boedel en goederen, bij haaren opgem: haren man gemeen bezeeten en door hem met ér dood ontruijmt en nagelaten, zoo in Lasten als Effecten; Renuntierende wijders de tweede Compten wel uitdrukkelijk van het Leeveren van Staat en Inverntaris, hetgeen verder in deezen naer regten zoude kunnen worden gerequireerd. Ende alzoo deezen Contracte, aen de zijde der tweede Compten niet anders is aengegaen, als op approbatie van ons Weesmeesteren, bovengenoemd, zo verklaaren wij, in aenmerkinge de bekende geringe Staat des voorn. boedels, hetzelve accoord, voor soo veel de minderjaerige aengaet, ten volle te approbeeren en aggreëeren bij deezen. Actum op de Raadhuijse presen het volle Collegie, W.g. (...).

De overlijdensdata van Cornelia en de kinderen Arend en Lena zijn niet bekend.
Koba Witvliet is in 1796 getrouwd met Jan Blom uit St. Maartensdijk, ze is in 1842 in Sommelsdijk overleden.


Genealogische gegevens van Pieter Koster te Haarlem, bewerkt voor Arjaentje

Bron:
Archief Weeskamer Middelharnis, inv. nr. 3  25 februari 1785

1.Mattheus Witvliet (1759-1811) gehuwd met Geertruij van der Daff, was een zoon van Cornelis Witvliet, de in 1724 geboren broer van Hendrik. Mattheus en Geertruij zijn al eerder vermeld op dit weblog.

Pleunis Koutijser (1737-1764) en Elisabeth Vermeulen (1737-1796)

Ouders
Pleunis Koutijser is gedoopt op 15 december 1737 in Middelharnis, zoon van Leendert Leendertsz Koutijser en Annetje Jacobsdr Chijsse (Sijsje),
Elizabeth Vermeulen is omstreeks 1737 geboren, dochter van Arij Vermeulen.

Huwelijk en kinderen
Elizabeth en Pleunis zijn op 11 februari 1758 in Middelharnis getrouwd. Pleunis was toen twintig jaar oud.
Op 11 juli 1760 werd zoon Leendert Pleunisz Koudijzer gedoopt en op 5 oktober 1763 dochter Arentje.

De ramp met twee gaffelschuiten, begin 1764. Pleunis verdronken
Pleunis Leendertsz Koutijser is in het jaar 1763 "in den visneering in Zee [...] komen te verongelukken". Waarschijnlijk was hij aan boord van een van de twee gaffelschuiten (de Welstand en de Hoop) die begin januari 1764 zijn vergaan. Zie bericht van 2 januari 2014.
Pleunis was 25 jaar toen hij omgekomen is.

Nabestaanden
Elizabeth (Lijsbeth) bleef achter met een zoontje van twee of drie jaar en een pasgeboren dochtertje. Ze is op 15 september 1765 hertrouwd met Arij van Ham (1735-1804) afkomstig uit Zuid-Beijerland. Op 4 april 1766 heeft Arij zich tot de weeskamer gericht om het eigendom van de (geringe) boedel van Pleunis en de voogdij over de kinderen te regelen (uitkoopakte).

Weeskamer Middelharnis:
"Op Huiden den 4e April 1766 compareerde voor het Collegie van Schout en Scheepenen als Weesmeesteren van Middelharnis Arij van Ham, woonende alhier, getrouwd met Lijsbeth Vermeule, bevoorens wed. van Pleunis Leendertsz Koutijser, Te kennen gevende bij compt dat denselven Pleunis Leendertsz. Koutijser zonder testament gemaakt te hebben in den Jaare 1763 op den visneering in Zee was koomen te verongelukken, naalatende twee kinderen, het eene genaamt Leendert oud althans 5 1/2 jaaren en het andere Arentje oud 2 1/2 Jaar bij hem aan zijn voorn huijsvrouw in voorgaande huwelijk verwekt. Dat deselve zijne huijsvrouw hadde versuijmd alvoorens met hem compt zig in een tweede huwelijk te begeven, met de naaste vrinden van ’s vaaders zijde over haar gemelde kinderen over desselfs vaders bewijs te accorderen. En dat zulks ook tot nog toe niet en was geschied, versoekende mitsdien desweegens met ons te handelen. Derhalven zij wij schou en scheepenen als weesmeesteren voornoemt, consideerende de geringheijd des boedels bij gemelde Pleunis Leendertsz Kouijser naagelaaten des weegen met hem compt. zoo voor hem als voor zijne huijvr. geaccordeert en verdraagen in manieren alsvolgt, dat hij compt: zoals hij aanneemt en beloofd bij deezen, de gemelde kinderen zal moeten alimenteeren, grootmaaken en van alle noodige lijfsbehoeften versorgen, zoo in siekte als gesondheijd, alsmeede deselve laaten leeren, leezen en schrijven ook een goed handwerk ofte andere eerlijke Exercitie, waarmeede dezelve haar kost zal of zullen konnen gewinnen, en dat geduurende tot deselve mondigen daage, huwelijken ofte anderen bequaamen staate ofte eerderen sterfdaage, ofte ook tot op het overlijden van zijn compt. huisvrouw de gemelde Lijsbeth Vermeule toe. En alsdan aan ieder van dezelve, ofte bij overlijden ab intestato aan deselven naaste vrinden van vaders zijde uijt te keeren en te voldoen eens en halve silveren duecaton. En dat alle hetselve zal strekken in plaatse en tot voldoening van voorn. kinderen ’s vaaders bewijs; Dat daarenteegen hij compt en zijn huijsvrouw zal blijven behouden en bezitten den geheelen gemeenen boedel en goederen, zoo als die bij haar en haaren overleeden man in gemeenschap is gepossideert en beseeten en bij hem met der dood ontruijmt en naagelaaten soo in lasten als effecten, Actum op den Raadhuijse van Middelharnis, present (etc.)".

Elizabeth en Arij kregen twee kinderen : Cornelis van Ham in 1768 en Hendrika van Ham in 1771.
Hendrika trouwde in 1798 met Willem Taale en in 1815 met Arie Pietersz Jongejan. Zie voor meer gegevens de tekst van 31 juli 2013 in het blogarchief.

Leendert Koudijzer werd visser. Hij trouwde met Elizabeth Cornelisse Stapel. In 1801 werd hun zoon Pleunis geboren. Leendert is op 26 maart 1828 overleden.
Arentje Koudijzer is op 9 mei 1784 met Jacob Spaan getrouwd. Ze waren 20 en 38 jaar oud. Arentje is op 22-jarige leeftijd overleden, op 7 april 1786. Zie over Jacob Spaan het bericht van 17 januari 2015.


Genealogische gegevens van Pieter Koster te Haarlem, bewerkt voor Arjaentje

Bron:
Archief Weeskamer Middelharnis, Inv. nr. 2, 4 april 1766.