donderdag 5 december 2013

Arend Verschoor (1811-1849) en Maria Spuij (1810-1887)

Ouders
Arend Verschoor is een zoon van Leendert Verschoor en Teuntje Spuij. Hij is geboren in Pernis in 1811. 
Maria Spuij is een dochter van Pieter Spuij en Jacomijntje van der Endt. Ze is in Pernis geboren op 16 september 1810. Haar vader was visser.

Huwelijk en kinderen
Arend en Maria zijn op 29 november 1834 in Pernis getrouwd. Ze waren 23 en 24 jaar oud. De vader van Arend was overleden en zijn moeder was winkelierster. Maria was dienstbode.
Arend  werkte voor het huwelijk al als visser in Middelharnis. Ook zijn oudere broer Hendrik Verschoor werkte hier.
Op 15 januari 1835 werd zoon Leendert in Middelharnis geboren. Jacomijntje die in 1837 geboren werd, is maar enkele maanden oud geworden en ook Jacomijntje die in 1838 werd geboren heeft maar kort geleefd. In 1842 werd weer een Jacomijntje geboren en in 1845 volgde Teuntje.

Stuurlieden uit Vlaardingen en Pernis: van der Struijs en Verschoor
De visserij in Middelharnis moest in de eerste helft van de negentiende eeuw steeds opnieuw de koers bepalen. De tarbotvangsten liepen terug en België viel door de invoerbeperkingen (vooral vanaf 1842) grotendeels weg als afzetmarkt. De reders moesten een andere koers in slaan om de visserij in stand te houden. Van 1830 tot en met 1833, vier reizen, heeft men de IJslandvaart beproefd met de hoekerbuis Waakzaamheid. (zie tekst in blogarchief van 7 oktober 2012). 
De MH1 Waakzaamheid was in 1829 het eerste schip zonder bun, het schip werd in de winter opgelegd. De haringvangst begon in 1834 met de Waakzaamheid, gevolgd door de MH2 Zeeland in 1838. De Zeeland was evenals de Waakzaamheid (voorheen de Haringvisscherij) afkomstig uit Zierikzee. De Zeeland was een hoekergetuigde bunsloep. Het was een onderneming van reder Jacob Slis. Hij trok hiervoor schippers van buiten het dorp aan vermoedelijk omdat de vissers uit Middelharnis niet over de vereiste ervaring beschikten. Er kwamen ook andere bemanningsleden mee uit Vlaardingen en Pernis. 
Arij van der Struijs uit Vlaardingen was in 1834 en 1835 schipper van de Waakzaamheid. Gerrit Struijs in 1838 en 1839 van de Zeeland.  Hendrik Verschoor , gedoopt 15 april 1804 in Pernis, was van 1836 tot en met 1841 schipper van de Waakzaamheid. Hendrik (op 9 augustus 1828 in Pernis gehuwd met Teuna Spuij uit Pernis) is najaar 1828 naar Middelharnis gekomen en na 1841 naar Vlaardingen vertrokken om als stuurman te werken en daar overleden in 1858. 
Arend Verschoor was in 1840 en 1841 schipper van de Zeeland van reder Jacob Slis. In 1842 volgde hij zijn broer Hendrik op als schipper van de Waakzaamheid. Vanaf 1843 tot en met 1849 was Arend schipper van de MS4 Onbestendigheid van Jacob Slis.
Vanaf 1842 kwamen er weer schippers uit Middelharnis aan het roer. Gerrit Jongejan was in 1842 schipper op de Zeeland en in 1843 op de Waakzaamheid. Na de dood van Arend Verschoor werd Jan de Korte  in 1850 schipper van de Onbestendigheid (1).

Stuurman Arend Verschoor in 1849 aan boord overleden
Op 14 september 1849 is Arend Verschoor aan boord van de hoeker MS4 Onbestendigheid overleden. Op 17 september 1849 werd aangifte gedaan door Teunis Ruitenberg 35 jaar en Arie Westerdijk uit Vlaardingen (1799-1892) 50 jaar, allebei vissers. De oorzaak van zijn overlijden is onbekend. Arend was 37 jaar.


Overlijdensakte van Arend Verschoor
Middelharnis 1849, akte 181


Nabestaanden
Maria Spuij bleef achter met drie kinderen van drie, zeven en veertien jaar oud. Maria en de kinderen zijn op 1 november 1850 naar Pernis verhuisd. Maria is op 18 april 1851 hertrouwd met Willem van 't Hof uit Pernis. Ze gingen in Stellendam wonen. Maria is daar in 1887 overleden. 
Leendert trouwde in 1856 met Maria Voorbergen uit Pernis; Jacomijntje trouwde in 1864 met Arie Spuij die ook uit Pernis kwam. Teuntje trouwde in 1867 met Arij Voorbergen uit Pernis.

1. De sloepen van Middelharnis, 1834-1923. Handgeschreven overzicht, auteur onbekend. Aanwezig in Maritiem Museum Rotterdam. 
H. de Korte Johsz. Iets over de visserij van Middelharnis. Eilanden-nieuws 1947, deel 5. Ca. 1842 werden drie hoekers speciaal voor de haringvangst aangekocht. De haringvisserij is in 1872 gestaakt.
De registratie MS werd in 1844 in MH veranderd en in 1850 in MHS
B. Boers meldt in zijn beschrjving van Goeree-Overflakkee dat er in 1843 drie hoekers en zestien sloepen waren.
De hoekers werden uitsluitend voor de haringvisserij ingezet. p.271.

Archief Gemeente Middelharnis, inv. nr. 1079. Akte van aanstelling van C. Verhage tot keurmeester, tevens brander van de haringfust, 1845.                                                                                         2 stukken.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten