zondag 31 augustus 2014

Het verlies van de gaffelschuit van Arij Dupree uit Middelharnis in 1821

In de reeks van scheepsrampen van de vissersvloot van Middelharnis mag ook het vergaan van de gaffelschuit Trijntje en Neeltje, stuurman  Arij Dupree niet onvermeld blijven. Het gebeurde in de nacht van 2 op 3 januari 1821 voor de kust van Goedereede. Deze winter was buitengewoon streng: het ijs kruide tot manslengte tegen de havenhoofden op. Zware ijsgang maakte dat de bemanning de  schuit moest verlaten. 
In het dorp kreeg men door de bouw van nieuwe sloepen net weer wat vertrouwen in de toekomst van de visserij, maar het vergaan van de Trijntje en Neeltje maakte dat de "blijdschap beneveld" werd.  De bemanning overleefde de ramp. Acht gehuwde mannen, raakten brodeloos. De beklagenswaardige situatie van de stuurman wordt in onderstaande tekst in het bijzonder genoemd. Hij had zes kinderen en de zevende was op komst.
De Maatschappij tot Nut van 't algemeen hield een inzameling om de materiële nood te verzachten.





Arij Dupree en Lijntje Visser
Stuurman Arij Dupree is op 29 mei 1774 in Middelharnis gedoopt, zoon van Maarten Dupree en Trijntje Lagendijk.Arij trouwde met Lijntje Visser, geboren in 1778.  
In 1800 is dochter Trijntje geboren, daarna volgden Maatje (1804), Maarten (1807), Hendrik (1810), Marinus (1813) en Teuntje (1817), Op 28 januari 1821 werd Catrijna geboren, het zevende kind dat ten tijde van bovenstaand bericht op komst was.
Lijntje Visser is op 23 juli 1849 overleden, 71 jaar oud, toen de cholera-epidemie heerstte. Arij is heel oud geworden: hij was 85 jaar toen hij op 29 mei 1859 overleed.
Maarten is in 1867 omgekomen met de ramp van de Wisselvalligheid. 

Zie voor meer gegevens over vissers uit de familie Dupree het bericht van 16 december 2012 en voor de ouders van Arij het bericht van 3 december 2014.


Bron: Flakkee's maandblad tot Nut van 't algemeen, no. 1, januari 1821. Hierin ook gegevens over de strenge winter.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten