vrijdag 3 januari 2014

Een 'Vissersfonds' in 1626 in Middelharnis

Voor de vissers in de zeventiende eeuw was de kaapvaart tijdens de tachtigjarige oorlog een groot risico, bovenop het altijd dreigende gevaar van het vergaan van visschuiten.
In de twintiger jaren van de zeventiende eeuw zijn diverse schepen met opvarenden uit Middelharnis in handen van kapers gevallen. Om losgelden voor de schepelingen te verkrijgen werd op Flakkee een inzameling gehouden.

De vissers namen het initiatief om tot een soort verzekering te komen om de kosten van losgelden te betalen en om nabestaanden te ondersteunen in geval van scheepsrampen. Ook reders die hun schepen verloren kregen een tegemoetkoming. De magistraat van Middelharnis vaardigde in 1626 een keur uit waarin bepaald werd dat bij de verkoop van vis per afslag 10 cent verzekeringspremie werd geheven. 
"Wij hebben hier een mooi voorbeeld van wat wij thans zouden omschrijven als sociale wetgeving met verplichte premieheffing", aldus de historicus Dr. J. Verseput.

Tussen 1626 en 1637 zijn uit deze voorziening regelmatig uitkeringen gedaan aan reders en/of aan nabestaanden. In 1637 begonnen de vissers te morren over de hoge lasten. Aangezien de vissers zelf de belanghebbenden waren, ging de magistraat akkoord met het afschaffen van deze regeling. 

Er is rond 1820 een vorm van oudedagsvoorziening geweest, waar we helaas weinig gegevens over hebben Op de visafslag werd, telkens als de besomming van een reis meer dan 100 gulden bedroeg, 1,50 gulden ingehouden om toelagen voor oud-vissers van te betalen. Deze bijdrage werd onder de noemer tonnegeld geïnd.(1) Zie afslagbriefje Jan van Dueren uit Zierikzee


Het zou tot 1 november 1882 duren voor er weer een (zeer bescheiden) sociale voorziening, het Vissersfonds, in het leven werd geroepen. In de tussentijd waren de weduwen en wezen van vissers die bij scheepsrampen omkwamen afhankelijk van de opbrengst van inzamelingsacties die met wisselend succes werden gehouden (2).

Gebaseerd op:
J. Verseput. Enkele grepen uit de geschiedenis van de visserij van Middelharnis in de periode van het bestaan van de visafslag. In: Mededelingen van de Nederlandse Vereniging voor Zeegeschiedenis. (1970)21, p.9.
Bron: De Vischafslag van Mijs.

1. SAGO, AGM, inv.nr. 650, ingekomen stukken gemeenteraad december 1824, artikel 5.
2. Zie voor de geschiedenis van dit fonds:
Fons Grasveld. Het lot van de MD3 Anna. Met medewerking van Jan van de Voort. Hilversum 2014. 138-148
In het Eilanden-nieuws van 6 november 2015 is een ingezonden stuk van Fons Grasveld geplaatst waarin hij de vragen formuleert die bij hem leven over de opheffing van het Vissersfonds. De titel luidt: Wat is er gebeurd met het kapitaal van het Vissersfonds Middelharnis



Geen opmerkingen:

Een reactie posten