zaterdag 10 maart 2012

Naar de stad: arbeidsmigratie van vrouwen uit Middelharnis 1920-1940

In de vissersgezinnen die ik beschreven heb kwam het niet voor dat vrouwen allleen "aan de overkant" gingen werken. Zij waren honkvast of emigreerden samen met hun echtgenoten.

Uit de burgergezinnen Dijkers trokken vrouwen wel alleen weg. Teuntje Dijkers ging als onderwijzeres in Vlaardingen werken en Marie Dijkers in Rotterdam als verpleegster.
Leentje Vis, afkomstig uit het gezin van een landarbeider, ging naar Den Haag om als inwonende dienstbode te werken.

Verseput heeft over de periode voor de tweede wereldoorlog heel veel informatie verzameld. In zijn boek staat een overzicht van immigratie naar de gemeente Middelharnis. Dan valt op dat na 1931 enkele tientallen alleenstaande vrouwen tussen 15 en 45 jaar uit de grote steden Middelharnis binnenkomen. Hij verklaart dit door  terugkerende dienstmeisjes.

De werkgeefsters maakten veelal misbruik van de ijver dezer buitenmeisjes. Deze besloten terug te keren naar het "eiland" vooral toen daar ook werkgelegenheid geboden werd.

Rotterdam en Den Haag zijn in trek bij vrouwen die Middelharnis verlaten omdat er weinig werkgelegenheid is, vooral in de administratieve beroepen.Tussen 1930 en 1940 vertrokken bijvoorbeeld 42 vrouwen naar Den Haag. Verseput:

Wanneer zij een kantoorbetrekking willen bekleden, zullen zij die in de stad moeten zoeken. Ook vele meisjes, die een huishoudelijke betrekking wensten, meenden deze het best in de stad te kunnen verwerven. De stad die zij slechts kenden van dagreisjes , oefende een grote aantrekkingskracht uit. Hoe heerlijk moest het zijn daar te wonen. Men zou dagelijks kunnen winkelen, theedrinken in een café en dan nog naar de een of andere vermakelijkheidsinrichting kunnen gaan. Doch wanneer zij een betrekking in dien stad vervulden werd het leven zo anders, want het geregeld uitgaan bleef meestal achterwege. Velen keerden dan ook spoedig weer terug naar Middelharnis, maar wanneer zij thuis kwamen, waren zij toch aan de oude omgeving ontgroeid en vaak keerden zij spoedig weer naar de stad terug. ... Steeds minder meisjes gingen als dienstbode naar de stad. Velen besloten een betrekking als verpleegster te zoeken of werden winkeljuffrouw


bron:
J. Verseput. Middelharnis, een eilandgemeente. 1953, pp. 54-56, 63-64,70,

Geen opmerkingen:

Een reactie posten