Posts tonen met het label Cholera 1832-33. Alle posts tonen
Posts tonen met het label Cholera 1832-33. Alle posts tonen

donderdag 2 januari 2014

Hendrik van Dalen (1764-1825) en Jannetje Bree (1770-1840)

Ouders
Hendrik van Dalen is een zoon van Huibrecht Hendriksz van Dalen en Lena Hendriks van Dam. Hendrik is gedoopt op 16 december 1764 in Middelharnis.
Jannetje Bree is een dochter van Hendrik Johannesz Bree en Maria Abrahams Vrijbergen. Ze is op 16 december 1770 In Middelharnis gedoopt. Abram, Johannis en Jacob Bree waren broers van Jannetje.

Huijbert van Dalen, stuurman van de Maria en Antonia in 1782
Huibrecht of Huijbert van Dalen was stuurman van de gaffelvisschuit Maria en Antonia, boekhouder Arij Troost. Huijbert is op 30 december 1736 in Middelharnis gedoopt, zoon van Hendrik Huijbregts van Daalen en Maatje Gleijns Langbroek.
De schuit is op 22 februari 1782 verkocht aan de Compagnie Van der Jagt en Van der Gronden uit Oostende. Huijbert van Dalen is op 25 februari 1782 ingeschreven als poorter van Gent. Beide formaliteiten waren nodig om onder neutrale Zuid-Nederlandse vlag te kunnen varen tijdens de Vierde Engelse Oorlog (1). 

Huwelijk en kinderen
Hendrik en Jannetje zijn getrouwd op 10 februari 1793. Ze waren 28 en 23 jaar oud. Op 18 augustus 1793 is dochter Lena gedoopt, zij is voor 1803 overleden. Maria van Dalen werd in 1795 geboren, Huibert die in 1798 geboren werd is jong overleden (voor 1814). Hendrik is in 1800 geboren.  In 1803 werd opnieuw een dochter Lena geboren, in 1804 Abram en in 1814. Huibertje.

Onder Deense vlag
Hendrik van Daalen was stuurman. Hij was een van de 29 stuurlieden uit Middelharnis die in 1798 onder Deense vlag voer (4).

Huwelijk van de kinderen
-Maria van Dalen was negentien toen ze in 1814 met Jan van Woerkom trouwde. Hij is in 1816 in Delfgaauw overleden waarna Maria in 1819 met Abraham Beket uit Sommelsdijk trouwde. Hij was deurwaarder van beroep. 
-Hendrik trouwde met Catharina Kuipers.
-Abram trouwde in 1828 met Sophia Broeder en in 1839 met Elizabeth Breeman, de weduwe van stuurman Leendert de Waard die in 1828 omgekomen was.
- Huibertje van Dalen is in 1831 getrouwd met Hugo van Eck, zoon van Dirk van Eck en Cornelia Muije. Hugo is op 29 december 1833 overleden, mogelijk ten gevolge van de cholera. Dochter Cornelia van Eck is in 1831 geboren (2). Ze hadden ook een zoon Hugo uit 1834 die in 1835 overleden is toen hij acht maanden oud was. Huibertje is in 1835 hertrouwd met Hendrik Dupree, zoon van Arij Dupree en Lijntje Visser. Zie bericht in het blogarchief van 16 december 2012. Huibertje is op latere leeftijd baker geworden. Veel naaste familieleden van Huibertje zijn op zee gebleven: haar vader, twee zoons en twee schoonzoons.

Het vergaan van de gaffelschuit van Jacob Bree in oktober 1825. 
Hendrik van Dalen was een van de bemanningsleden van de gaffelschuit van zijn zwager die in oktober 1825 vergaan is. Hendrik was zestig jaar oud toen hij overleed (3).

Nabestaanden
De kinderen van Hendrik en Jannetje waren in 1825 al volwassen met uitzondering van Huibertje die elf jaar oud was. Abram was op dat moment nog niet getrouwd.Jannetje was 54 jaar toen ze weduwe werd. Zij heeft bij deze scheepsramp haar man en haar broers Jacob en Johannis verloren. Haar broer Abram is in 1813 omgekomen.
Jannetje Bree is in 1840 overleden, 69 jaar oud.

Genealogische gegevens van Pieter Koster te Haarlem, bewerkt voor Arjaentje

1.
Rechterlijk Archief Middelharnis, inv. nr 17.  Poorters en buitenpoorters van Gent 1477-1492, 1542-1796. Gent, Stadsarchief, 1986. 269-270
2. Cornelia was de tweede vrouw van Pieter Dubbeld (1821-1872) die tot de bemanning van de sloep Middelharnis behoorde.
3. Bron: huwelijksbijlagen bij het huwelijk van Huibertje van Dalen met Hugo van Eck (1831/6) en huwelijk vam Huibertje met Hendrik Dupree (1835/25) identieke bijlagen
4.Archief voormalige gemeente Middelharnis, inv. nr. 9. Resolutieboek, 25 juni 1798



dinsdag 31 januari 2012

Cholera in Middelharnis

Cholera asiatica
In 1832 en 1833 kreeg Nederland met een golf aan sterfgevallen te maken die het gevolg waren van cholera. De cholera asiatica of Aziatische braakloop was in de medische wetenschap al eeuwen bekend uit India en omstreken maar had zich nog niet in Nederland geopenbaard.
Vanaf 1817 breidde de ziekte zich langzaam in westelijke richting uit.
De directeur-generaal voor de marine kondigde op 16 juli 1831 maatregelen aan om te voorkomen dat de vaartuigen van Zwartewaal, Pernis, Maassluis en Middelharnis cholerabesmetting over zouden brengen.

Gezien hebbende eenen brief van Gecommitteerden der IJslandsche en Kabeljaauw visscherij in Zuidholland, van 15 den dezer, daarbij, voorstellende het nemen van voorzorgen ter wering der cholera morbus , welke na gehoudene communicatie, met van besmette plaatsen gekomene schepen zou kunnen worden overgebragt door: 3. Die schepen, welke speciaal van Middelharnis op eenigen afstand van onze kusten op tarbot visschcn, om die op zee aan Engelsche visschers te verkoopen, of wel, om die in Engeland op de markten te gaan renten, welke alle soorten, van koopvaarders aan boord krijgen , als mede die bezaanschuiten en schokkers,, die uit al onze zeegaten, vooral Texel en het Vlie, dagelijks ter versche vischvangsl varen, daardoor zeer ligt in aanraking met vreemde schepen kunnen komen, of drijvende goederen kunnen visschen; heeft goedgevonden te bepalen , zoo als geschiedt bij deze: Dat de boven opgenoemde visschersvaartuigen, welke gewoon zijn, op het vertoon van hun visschers- of zoogenaamde zoutvlaggetje, zonder eenige ondervraging, of in- of uitklaring, de uiterste wachten passeren, bij derzelver binnenkomst hier te lande , zullen worden onderworpen aan eene visitatie, ten einde te onderzoeken of dezelve ook met besmette of verdachte plaatsen hebben aangedaan, of met besmette schepen, of van die plaatsen komende, in communicatie zijn geweest; zullende gemelde vaartuigen, wanneer dit geen plaats heeft gehad, en bij die visitatie gezond bevonden, hunne destinatie dadelijk kunnen vervolgen; terwijl wanneer zulks plaats mogt hebben gehad dezelve aan eene observatie quaranteine van drie dagen zullen worden onderworpen, en verder, naar bevind van zaken, over dezelve zal worden beschikt.
Bron: bijvoegsel staatsblad, 1831, 341.
Dat er wezenlijk sedert eenen geruimen tijd veelvuldige overtredingen van de strand- en quarantaine-wetten door Scheveningers waren gepleegd , blijkt uit verscheidene omstandigheden. Doctor KIEHL voert in zjn rapport aan , dat , volgens opgave van den heer Varkevisser, Commissaris van Politie te Scheveningen , vele van onze Scheveningsche visschers hunne vangst hebben verkocht aan visschers van Middelharnis, welke onmiddellijk met dezelve naar Londen zijn gevaren, en dat een der Scheveningsche Sindics zijne seinvlag opgestoken hebbende, om de gemeenschap tusschen Scheveningsche schepen en die van Middelharnis te beletten , een schipper van Middelharnis hem in den nacht heeft willen overzeilen (1)
Ondanks de maatregelen kwam de cholera in juli 1832 in Scheveningen aan land. De ziekte werd kort daarna een epidemie in heel Nederland; in oktober waren er al 3.000 doden.
Het ziektebeeld was angstaanjagend, mensen werden ziek, kregen diarree en stierven binnen één of twee dagen. Hun lichaam werd in enkele uren gesloopt. Niemand begreep de oorzaak van de ziekte, de medici kwamen met allerlei verklaringen. Vergiftigde lucht, afkomstig van rottende materie (miasma) en een ziekmakende stof (contagium) die van de ene persoon op de andere werd overgebracht werden lang als oorzaak gezien.
Het intekenen van de ziektegevallen per plaats op cholerakaarten (medische topografie) toonde "dat de dood zich in de schamele woningen bijzonder thuis voelde en de huizen van de aanzienlijken ontweek". Er werd wel een verband met slechte woon- en leefomstandigheden gelegd maar de exacte oorzaak was in 1832 nog niet bekend.
Pas in 1883 werd ontdekt dat de cholerabacterie de boosdoener is en vervuild drinkwater de bron van besmetting.
Vanaf dat moment kon de overheid gerichte voorzorgsmaatregelen nemen.

Middelharnis
Vanaf 1832 deden zich met  tussenpozen  cholera-epidemieën voor  waaraan veel mensen overleden. Over de epidemie van 1832 in Middelharnis is weinig bekend. In de genealogie van de familie de Moei vond ik de vermelding dat  visser/ schipper Johannes de Waard aan de cholera overleden is. Hij is op 27 augustus 1833 overleden op 36-jarige leeftijd.
Op 6 november 1832 waren er in Middelharnis 42 mensen besmet geweest en 15 mensen overleden. 27 mensen herstelden.


D.J.A. Arntzenius. Bijdragen tot den kennis en behandeling
der Aziatischen braakloop in Nederland. Amsterdam, 1832

In Middelharnis stierven in 1849 binnen drie maanden 122 mensen. Bij de volgende epidemie in september 1855 stierven 30 mensen en in 1866 93 mensen.




Zierikzeesche Nieuwsbode 25 juni 1849
Bron: KrantenbankZeeland


Onder de slachtoffers van 1849 bevinden zich Dirk van Eck, 5 jaar oud overleden op 9 juni en zijn moeder Lena Hotting (e.v. Bastiaan van Eck), 40 jaar oud, overleden op 1 juli.
Ook een drietal kleinkinderen van Gijsbert Jongejan (1779-1819) uit het gezin van Frans Jongejan (visser) en Maatje van Duuren zijn kort na elkaar in 1849 overleden.
Gijsbert , 8 jaar oud overleed op 7 juni, Jacoba Jongejan, 11 jaar oud op 8 juni, en Jan, 5 jaar oud,  ook op 8 juni. Het echtpaar was op slag kinderloos; hun oudste dochter Lena was al in 1835 nog geen drie maanden na de geboorte overleden.

Sara Koning, de moeder van overgrootmoeder Adriaantje Koning, overleed op 15 juni 1849 op 44-jarige leeftijd. Waarschijnlijk stierf ook zij aan de cholera.


Literatuur:
Both, J.C. Herinneringen aan de cholera van 1866. In: De Ouwe Waerelt. 8(2008)22, pp. 10-16.
Rixoort, K. van. Van epidemieën, heelmeesters en een legaat. In: De Ouwe Waerelt. 2(2002)5, pp. 2-6.
Woud, Auke van der. Koninkrijk vol sloppen : achterbuurten en vuil in de negentiende eeuw. Amsterdam, 2010. p.236-238

1. J.F. d'Aumerie, Herinneringen uit de Cholera-epidemie te Scheveningen en proeve eener oplossing der raadsels van de Aziatische cholera ('s-Gravenhage 1833) 25.